Je ouders, je gezin van herkomst, de sfeer waarin je bent opgegroeid: ze vormen het fundament van hoe je naar de wereld kijkt. En als je niet oplet, bepalen ze mee welke kant je opgaat. Zelfs jaren later in je volwassen leven. Zelfs als je het niet wilt toegeven. Je hoeft er niet voor naar een therapeutische hut op de hei. Iedereen heeft patronen die terug te voeren zijn op vroeger.
Je merkt familiepatronen pas vaak op als je vastloopt in het dagelijks leven. Misschien voel je dat je werk niet meer klopt, maar blijf je toch doorgaan omdat je dat zo hebt geleerd. Of je past je in relaties steeds aan, simpelweg omdat harmonie vroeger belangrijker was dan jezelf uitspreken. Je kunt ook merken dat je uitgeput raakt van verantwoordelijkheden die eigenlijk nooit van jou waren, maar die je al van jongs af aan op je hebt genomen. En soms voel je dat er meer in je zit, maar blijf je toch op dezelfde plek staan, omdat dat nu eenmaal het vertrouwde patroon is.